donderdag 26 april 2012

Voorbereidingsformulier zingen met muziek





VOORBEREIDINGSFORMULIER
BOUWPLAN VOOR HET VOORBEREIDEN VAN LEERSITUATIES




NAMEN STUDENTEN
Tim, Ivar, Hannah, Sylvana
VAKGEBIED/ONDERWERP
Muziek (domein: zingen)
STAGESCHOOL
-
AANTAL LEERLINGEN
-
STAGEGROEP
Bovenbouw, groep 7
DATUM
24/04/12
MENTOR

DUUR
45 min
STUDIEBEGELEIDER
Marjolein Groen
LOCATIE
In de klas





VOORBEREIDING

BEGINSITUATIE VAN DE KINDEREN (m.b.t. het leerdoel)
KENNIS
Wat weten de leerlingen al?
De leerlingen weten dat een liedje bestaat uit een voorspel, tussenspel, eindspel.
De leerlingen weten dat een liedje bestaat uit refreinen en een coupletten.
De leerlingen weten het verschil tussen hoge en lage klanken en de dynamiek hiervan.
VAARDIGHEDEN
Wat kunnen de leerlingen al?
De leerlingen hebben gedurende hun basisschool periode, gezongen in de klas.
Dit is dus niets nieuws voor hun.  
De leerlingen hebben de vorige les geleerd hoe hun houding en ademhaling is tijdens het zingen.
GEDRAG
Met welk gedrag moet je rekening houden?
Er kunnen leerlingen in de klas zijn die zich niet durven te uiten, omdat zij zingen eng of raar vinden. Zij voelen hierbij een schaamtegevoel.
LESDOELEN VOOR DE KINDEREN
DOEL
Wat moeten de ll-en concreet aan het eind van de les kennen en/of kunnen en/of ervaren hebben?

Aan het eind van de les kunnen de leerlingen het refrein uit hun hoofd kennen en de coupletten zingen aan de hand van de overgebleven plaatjes.
EIGEN ONTWIKKELING
FOCUS
Wat wil ik zelf oefenen?

De bijbehorende plaatjes goed verklaren waardoor de plaatjes aan de juiste zin wordt gekoppeld.







OPBOUW LEERSITUATIE
                                                                                                
TIJD
45min
INHOUD
Aanleren van het lied: Blof-Dansen aan zee


5 min









ORIËNTATIEFASE

(hoe maak ik de ll-en betrokken / nieuwsgierig?)
(hoe blik ik terug op dat wat eerder is geleerd?)
(hoe geef ik overzicht over het verloop en het doel van de les?)
(verwachtingen en organisatie bespreken / opdracht of taak uitleggen)

Kort blikken we terug op de vorige les.
Wat hebben we vorige keer geleerd? à Houding en ademhaling
Kort bespreken we deze punten.
Houding: Met beide benen stevig op de grond. Voeten iets uit elkaar, Recht op alsof je met een touwtje omhoog wordt getrokken.
Ademhaling: Je zingt vanuit je buik. Hierbij zou je je hand op je buik kunnen leggen om hier extra bewust van te zijn.
We herhalen kort de geleerde oefening: Mannen met spillenbenen, Vrouwen met flubberbillen.
We vertellen de leerlingen met deze vaardigheden te gaan zingen.
We gaan op een bepaalde manier een liedje aanleren. Namelijk door middel van plaatjes.



30 min





UITVOERINGSFASE
(welke activiteiten worden ondernomen om het doel te bereiken?)

We laten eenmaal het liedje horen dat we gaan aanleren en vertellen dat we dit nummer in een les uit hun hoofd gaan leren.
Dit kan door middel van plaatjes. Hierbij laten we de eerste dia zien waarop het eerste couplet met plaatjes te zien is.
Meester Tim speelt gitaar en wij zingen een aantal keer het couplet. Vervolgens laten we dia twee zien waarop alleen deze plaatjes staan en proberen de leerlingen dus het eerste couplet te zingen zonder de tekst erbij.
Op deze manier doorlopen we de hele tekst.
Eerst laten we de tekst zien met bijbehorende plaatjes en verklaren waarom dit plaatje er bij staat. Daarna gaan we onder begeleiding van de gitaar het couplet of refrein zingen.

Hierbij gebruiken wij ook de zingslang. Deze slang gaat door de klas en laat ieder kind een regel van de geleerde tekst zingen.

Tijdens de gehele muziekles letten we op de houding en ademhaling van de leerlingen.



10 min

AFSLUITINGSFASE
(hoe rond je de les af? )
(op welke manier evalueer je de les en kijk je terug op de doelen?)
(vooruitblik op de komende les(sen)

Uiteindelijk is het de bedoeling dat de klas met behulp van de plaatjes het lied kunnen zingen onder begeleiding van gitaar. De leerlingen mogen hierbij proberen de tekst te zingen zonder naar de plaatjes te kijken. Dit is nog geen vereiste. De volgende les gaan we hier verder mee.




OPBOUW LEERSITUATIE
                                                                                                
WERKVORM
Welke werkvorm gebruik ik?
ACTIVITEIT
Wat doen de kinderen?
ORGANISATIE & MATERIAAL
Wat heb ik nodig en moet ik klaarzetten?


Klassikaal


D.m.v. interactie bespreken we kort de vorige les en behandelen we de geleerde punten. (houding, ademhaling).



-






Klassikaal

De leerlingen luisteren een keer naar het nummer dat we deze dag gaan aanleren.

De leerlingen zingen onder begeleiding van een gitaar de coupletten en refreinen. Eerst staat per couplet en het refrein plaatjes aangegeven. De bijbehorende tekst hierbij verdwijnt uiteindelijk.

Tijdens deze uitvoeringsfase wordt de zingslang toegepast waarbij de leerling die aan de beurt is het desbetreffende regeltjes uit de tekst dan zingt.


Digibord met dia’s met daarop de tekst met bijbehorende plaatjes per couplet/refrein.







Klassikaal
We zingen onder begeleiding van een gitaar het liedjes Dansen aan zee van Blof.
Leerlingen mogen hierbij zelf kiezen of zij naar de plaatjes kijken of al bepaalde stukken uit het hoofd kan.
Digibord met daarop alleen de plaatjes die bij de tekst horen.












Geen opmerkingen:

Een reactie posten